Binnen de NEN1010 wordt o.a. de veiligheid geregeld voor personen tegen elektrische schok en brand. Hieronder vallen ook de richtlijnen om installaties te beveiligen tegen overspanning, veroorzaakt door externe blikseminslag in de of nabij de binnenkomende voedingsleidingen, dan wel overspanning veroorzaakt door schakelhandelingen. Om de binnenkomende leidingen in een pand te beschermen tegen overspanning, kunnen overspanningsbeveiligingen of -afleiders worden geplaatst. Deze worden in bovenstaande normen ook wel SPD’s genoemd (van het Engelse Surge Protective Device)
Samengevat zijn volgende rubrieken van belang voor toepassing van beveiliging tegen overspanning:
- Rubriek 443 – beschrijft wanneer het noodzakelijk is om een SPD te installeren
- Rubriek 534 – beschrijft welke SPD’s moeten worden toegepast
- Rubriek 534 – beschrijft hoe de SPD dient te worden geïnstalleerd
Naast de richtlijnen wanneer een overspanningsbeveiliging moet worden toegepast, staat in de NEN1010:2015 verder vermeld welke overspanningsbeveiligingen (SPD’s) moeten worden toegepast en hoe deze moeten worden ingebouwd in laagspanningsverdelers, zodat deze optimaal kunnen functioneren en de gewenste isolatieklasse, ook wel stootspanningsvastheid genoemd, kan worden gewaarborgd.
Wanneer dienen SPD’s te worden toegepast?
- Wanneer een extern bliksembeveiligingssysteem aanwezig is, kan een relevante bliksemdeelstroom (10/350 µsec, max 50%, conform IEC62305 deel 1) een pand binnenkomen. Om deze afdoende af te kunnen leiden, moet hiervoor een type 1 SPD worden ingezet. Verder beschrijft de IEC62305 dat na 10 m van een SPD de stootspanning dusdanig oploopt, dat moet worden bekeken of de stoothoudspanning van een verderop gelegen onderverdeler of apparaat niet wordt overschreden. Wanneer dit niet kan worden gewaarborgd dient een type 2/3 SPD te worden geplaatst in de onderverdeler of direct voor het (eind)apparaat.
- Wanneer er geen extern bliksembeveiligingssysteem aanwezig is op een pand of object, kan enkel schade ontstaan door transiënte overspanningen, via de voedings- en/of communicatieleidingen welke het pand binnenkomen. Afhankelijk van de leidingdiameter kan zich een bliksemdeelstroom (10/350 µsec) dan wel enkel een overspanningsimpuls (8/20 µsec)